Skip to main content
search

Afgelopen vakantie hadden we twee neefjes te logeren. ’s Morgens vroeg stonden ze al klaar om mee te gaan naar de varkensstal. Hups de overall en laarzen gingen aan om mee te helpen met het voeren en verzorgen van de zeugen en de biggen.

Al vrij snel kreeg ik een vraag. ‘Tante Ruth, wat is er met die zeug? Zij loopt daar alleen rond in dat hok.’ Tja, dat hadden ze goed gezien. De zeug wilde niet eten. Inmiddels was ze drachtig, maar ze wilde haar eigen portie voer niet ophalen in het voerstation. Hierdoor hadden we haar uit de groep gehaald en alleen in een hok gedaan. Het vreemde was dat ze wel water dronk en geen koorts had. Op het oog was het een vrolijk en levenslustige zeug, maar niet eten dat gaat natuurlijk niet lang goed. Na biggenvoer, suiker en pijnstiller geprobeerd te hebben, bleef ze voor ons een raadsel. ‘Tante Ruth, gaat de zeug dan dood?’, vroeg één van de jongens. ‘Tja als je niet eet, ga je op de duur wel dood. Maar ik hoop toch écht dat dat niet gaat gebeuren’, antwoorde ik.

Gelukkig kwam al vrij snel de veearts. Ook hij keek ernaar, maar kom op het oog niets zien. Het kan een maagzweer zijn, maar daar is niets aan te doen. Ai dat hoop ik niet, want deze zeug is drachtig. Ik moet er niet aandenken dat ze nu zomaar doodgaat. Ons restte niets meer dan goed opletten, blijven proberen en hopen dat ze toch vanzelf weer gaat eten. Moed houden dus! Na een tijdje besloot ze toch gewoon weer brok te eten en kon ze terug tussen de andere zeugen. Dit ging super goed. In mijn achterhoofd bleef het wel spoken… hoeveel gezonde biggen zal deze zeug straks hebben en kan dat wel? Dit hadden we nog nooit eerder meegemaakt. Gelukkig had ze uiteindelijk had 21 gezonde biggen mét een goed geboortegewicht, terwijl een zeug er normaal ongeveer 15 krijgt. Zullen de biggen haar dwars gezeten hebben? Dat blijft een raadsel.

Ruth van der Haar,

Varkenshoudster

Close Menu